wolfpoot, Laravoet
wolfpoot, Laravoet

Hardlopen voor de natuur bracht mooie loopervaringen voort én veel interessante gedachten. In mijn blog staat een opinie-artikel over natuurbehoud en trailrunning.

Köhler en de Boer sponsort laatste wildernis in de Abruzzen

Voor mijn deelname aan de Wolf Mountain Run heb ik twee bijzondere sponsors, die met hun bijdrage zorgen voor het behoud van het leefgebied van de wolven en beren in de Italiaanse Abruzzen. Köhler en de Boer is mijn hoofdsponsor. In de rubriek 'Sponsors' stel ik ze voor.

vr

01

jun

2012

De wolf roept! verkenning van de Wolf Mountain Run

De wolf roept!

 

Begin september wordt in het Italiaanse Majella National Park de Wolf Mountain Run georganiseerd. Drie dagen lang trails lopen door bergen en dalen, door een wild gebied waar wolven en beren leven. Lara Klaassen verkende het parcours al vast.

 

“Capriolo!” Roept Luciano enthousiast. Ik zie nog net de witte kont van de ree die inderdaad capriolen maakt om over de steile helling weg te springen. Luciano spreekt uitsluitend Italiaans, een taal die ik niet spreek. Als ik Frans terug spreek, kunnen we elkaar verstaan, denken we. Als collega-biologen en hardlopers hebben we aan een half woord genoeg.

 

 

Luciano werkt voor Majella National Park en loopt in zijn vrije tijd bij een sky running club. We verkennen vandaag samen de routes van de Wolf Mountain Run (WMR). De trailrun wordt georganiseerd door The Event Academy en PAN Parks Foundation, een organisatie die de laatste wilde gebieden van Europa beschermt. Ik reisde met Henk Dokter van The Event Academy naar de Abruzzen in Midden-Italië om de routes te lopen. Henk is een geboren organisator. Het hardlopen en uitstippelen van de exacte routes laat hij liever aan trailrunners over. Ik ben de gelukkige die met een vierkant kastje om mijn pols mag lopen.

 

 

“We hit the trails Henk!” We zijn vanmorgen vertrokken op de Passo San Leonardo (1200 meter). Er waait een fijn koel briesje en het uitzicht biedt een prachtige samenvatting van al het moois dat de Wolf Mountain Run te bieden heeft: de ruige, eenzame bergen, pittoreske dorpjes in het golvende landschap van weilanden, bossen, ravijnen, rotsen en rivieren. De machtige bergketen van de Montagne del Morrone ligt erbij alsof een god de poedersuikerbus heeft leeggestrooid. Vanaf 1300 meter hoogte ligt er sneeuw, op de toppen.

 

 

Dag 1 van de Wolf Mountain Run start dus vanaf de pas: na een kort steil stuk omhoog door weiland, komen we al snel in het bos op de berghelling. Er ligt sneeuw, we zoeken het pad dat met rood-wit is gemarkeerd. Hier geen naaldbomen, maar prachtige Apennijnse beuken-eikenbossen. Het pad stijgt een tijd door dit bos. De ree is niet het enige dier dat hier rond dartelt. Diepe pootafdrukken verraden dat hij hier kort geleden nog rond liep: de wolf! Ik bekijk de voetsporen in de sneeuw en voel mijn hart kloppen. Hij volgde een tijdje hetzelfde pad als ons. In dit gebied leven nog enkele roedels wolven. Mijn voetafdrukken in de sneeuw zijn groter dan die van de lichtvoetige wolf, maar de gedachte dat dit roofdier hier ergens rond zwerft geeft me een nietig gevoel.

 

 

We klimmen en klimmen, tot boven de boomgrens waar tussen de rotsen lage jeneverstruiken groeien. De sneeuw bedekt de stenen die de rood-witte route markeert, zodat we goed moeten opletten om de weg te vinden. De natuur is half mei een wonderlijke mix van seizoenen. Er ligt een winters dikke laag sneeuw die het hardlopen zwaar maakt. Krokussen, gentianen en kerstroos steken de kop boven de sneeuw uit alsof het lente is en de zon hamert zomers heet op mijn kop. Ik draag een korte broek met handschoenen, een winddichte jas met zonnebril, ik loop er maf bij.

 

 

 

Op hoogte waait de wind hard. We volgen een graat waar de sneeuw is opgewaaid tot luifeltjes. De rotsbodem lijkt kaal, maar als je goed kijkt stikt het van de bloemetjes. Veel van die planten zijn zeldzaam en groeien alleen in dit gebied. Kicken voor een ecoloog! Op het hoogste punt is het uitzicht geweldig, vooral de besneeuwde tweeduizenders van de bergketen verderop lokken. Maar nee, we moeten nog meer trails verkennen vandaag dus we blijven maar even. Vanaf de top dalen we af over de stenenvelden die zo typisch zijn voor dit kalkgebergte. De grond is bezaaid met vuistgrote witte kalksteenbrokken. Mijn enkels zijn er niet zo blij mee. Ik ben blij met de stok die Luciano mij leent, zodat ik op bijna 3 pootjes mijn weg naar beneden kan zoeken. Langs een eenzaam berghutje, dat tijdens de WMR een drankpost zal zijn, dalen we af. Het is zo warm dat het pad een mengsel is van beukenblaadjes, modder en smeltende sneeuw. De grote stenen die in die smurrie verstopt liggen maken de afdaling een spannende uitdaging. Door het bos komen we uiteindelijk weer in het weiland bij de Passo San Leonardo. In de eindsprint bergaf komt Henk naast ons lopen en dan zijn we weer terug bij de auto.

 

 

Samenvatting van dag 1: trail van ruim 10 km over bospaden en trailpaadjes tot boven de boomgrens naar de Monte Mileto op 1920 meter. Een ronde met circa 650 hoogtemeters omhoog en omlaag.

 

 

Uitvalsbasis voor de WMR is Caramanico Terme. Een typisch Italiaans bergdorpje met bakkers en andere winkels, restaurantjes, een zwembad, banken. Er is zelfs een authentieke Italiaanse 'flaneerlaan' omzoomd met kastanjes, om zondags te rond te kijken en gezien te worden. Het bezoekerscentrum van de Orfento Vallei ligt daar en het Casa del Lupo, een huis met diverse kamers voor gasten. Wij verblijven ook daar. De camping voor de WMR zal hier op het grasveld komen. Het is een fijne plek, nu nog rustig maar begin september is dit het kloppend hart waar alles samen komt. Met het team bespreken we de routes en ik drink cola en die typische kleine Italiaanse espresso. Ik maak me klaar voor de trail die de tweede dag van de WMR gelopen zal worden.

 

 

Dag 2 heeft een heel andere sfeer en ritme. In deze trail is het dalen, dalen en nog eens dalen door de kloof van de Valle d'Orfento, een prachtige kloof in de kalkrotsen. We beginnen enkele kilometers op een breed pad op een hoogvlakte, tussen vlinders, krekels en in de felle zon. Roccacaramanico ligt als miniatuurdorpje verderop. De natuurstenen huisjes met rode dakpannen zijn ver weg en toch lijkt het hier of je ze kan aanraken in de trillende warme lucht. Pas geleden was dit nog een spookdorpje, de laatste tijd knapte men de huisjes op en nu is het weer de Middeleeuwse versie van Caramanico. Het gaat geleidelijk omhoog, tot we de slagboom naderen waar het bos en de helling begint.

 

 

Al snel dalen we over een paadje af door de kloof. Wat een oase is het hier in de schaduw! De afdaling vraagt veel concentratie, dat weerhoudt me er niet van te genieten van de rotswanden en het bruisende water. Zo nu en dan is er een klimmetje om het ritme te breken. We passeren steeds bruggetjes en andere plaatsen met mooie lange namen, zoals 'Ponte san Benedetto'. Rollende woorden, zoals het ruisende water. De otter leeft hier, waterspreeuw en bijzondere salamanders, maar het bounty-gevoel wordt vooral opgewekt door de watervalletjes, bemoste stenen, grotten en bloemenweiden met orchideeën en vlinders. In dit paradijs lijkt de wolf een verre vriend....of zou hij zich hier ook thuis voelen?

 

 

Na enkele smalle passages die letterlijk ín de rotswand liggen, komen de peilers van de hoge brug voor het autoverkeer over de Orfento bij Caramanico in zicht. De trail eindigt met een gemeen klimmetje over een trappenpad tot aan de brug. Mission accomplished! Een duik in de natuurlijke badkuipen van de Orfentobeek hebben we nu zeker verdiend.

 

Samenvatting van dag 2: afdaling van circa 16 km door de paradijselijke vallei van de Orfento. Schaduwrijk langs de beek. Je daalt zo'n 700 meter af, van 1200 naar 500 m.

 

 

In de avond rijden we dwars door het ruige landschap naar Kokopelli Camping. Het is een kleine camping in Serramonacesca. Een Engels koppel met een voorliefde voor sport en natuur runt de kleine camping. Kamperen tussen de olijfboompjes of verblijven in een boerenkamer is hier mogelijk. Ideaal voor gezinnen die aan de WMR een vakantie willen koppelen. Wij praten, lachen en eten, de wijnglazen worden gevuld, het uitzicht op de Abruzzen verkleurt in pasteltinten richting de sterrennacht, we lachen en praten. Ik hoef niet eens mijn ogen dicht te doen om me vele tentjes voor te stellen, kinderstemmen en kletterend bestek in de wasbakken, het geritsel van wegschietende hagedisjes, geneurie en gesnurk uit hangmatten, sterke verhalen bij een koel biertje op het terras en het vastberaden mechanische geluid van de kettingen van mountainbikes. Een aanrader dus, deze kleine maar fijne camping niet ver van Caramanico.

 

 

Dag 3 doen wij de volgende dag, die begint met een wolkenloze hemel. “Wij” zijn dit keer niet Luciano en ik. Gisteren heb ik blijkbaar een boswachter versleten, dus vandaag ben ik onderweg met Stefano. Hij is een vriend van Luciano en niet alleen een goede hardloper,maar hij spreekt ook wat Engels. Mijn linkerenkel doet het niet meer zo goed na zo veelvuldig omzwikken dus ik vertrek vandaag op vier pootjes, met de stokken van Luciano.

 

 

We starten in Decontra, dorpje op 800 meter. De sneeuw op de bergketens van gisteren is helemaal weggesmolten, maar het Majella-massief laat haar grimmige noordkant zien in een gevangenispak van witte sneeuw een zwarte rots. Wij lopen over karrenpaden door golvende weilanden. We moeten 1000 meter klimmen. Het uitzicht groeit met het klimmen: in de verte grijnst de Gran Sasso, 'de grote Steen' als een puntige kies. Hij is net geen 3000 meter hoog, maar daarom niet minder interessant. De meest zuidelijke gletsjer van Europa ligt op de berg en Mussolini werd er gevangen gehouden en ook weer bevrijd. Nu ligt er in het hart van de berg niet alleen de snelweg naar Rome, maar ook een laboratorium voor kernfysica.

 

 

De Adriatische zee met de stad Pescara zijn te zien onder een dekentje van smog. Dichter bij is de kloof van de Orfento van dag 2 zichtbaar als een beboste ritssluiting in het landschap. De veedrinkplaats ziet er verleidelijk uit als een 'cold tub' maar we lopen door. Weer het bos in, waar ook de sneeuw ligt. Verbeeld ik het me nou of hoor ik een wolf roepen? Ik vraag Stefano of hij wel eens wolven heeft ontmoet en hij vertelt hoe er tijdens een winterse hardlooptocht een wolf op gepaste afstand met hem mee liep. De wolf cirkelde om hem heen: dan weer voor hem, dan weer achter hem lopend. We klimmen over een rug en aan de andere kant komt weer een kloof te voorschijn. In de rotswanden is het dak zichtbaar van de Eremo Santo Spirito a Maiella. Een 'eremo' is een kluizenaarswoning waar monniken een eenzaam leven leidden en de Abbruzen zijn er mee bezaaid. Dat is het mooie van deze omgeving: cultuur, natuur en geschiedenis zijn met elkaar verweven en het barst hier van de bijzondere plekjes. Op de plek is in de 13e eeuw de kerk van Santo Spirito gebouwd en een klooster.

 

 

Boven de boomgrens is de sneeuw soms diep en overal smeltend, het gaat langzaam over de Piana Grande. De skilift van de Maielletta is vanaf de schaapsherdershut te zien maar het is nog 2 kilometer ploeteren door de sneeuw. Bij de hut plukt een Italiaanse familie wilde spinazie. Door de komvormige dalwand draait het pad langzaam stijgend naar het skistation. Henk, Luciano, Pino en Monia staan ons op te wachten en we pauzeren even. Dan vervolgen we de weg, want het is nog een heel eind lopen en de eerste 10 km liepen we langzaam, in 2 uur. We dalen af door de beek en door een moeras, langs het klooster van Santo Spirito, waar we heel even over knalhard asfalt afdalen. Mijn schoenen maken een zuigend geluid op het asfalt omdat ze nat zijn van het moeras. We dalen weerover trails af door een prachtig en steil hellingbos dat Macchia di Abbateggio heet. Het is nog maar 400 hoogtemeters afdalen naar Decontra, maar ik voel de vermoeidheid wel in mijn knieën en het lijkt lang te duren. Ik ben blij als we aan de bosrand de jeep van Maiella National Park zien en even een slok water kunnen drinken. Het laatste stuk lopen we weer door het gras met krekel- en sprinkhanenkoor, met vele bloemen en met dat prachtige uitzicht op de zee en de dorpjes.

 

 

Dag 3 samengevat: pittige bergtrail van ruim 26 km met 1400 hoogtemeters klimmen en dalen, een ronde over een bergrug en door alle klimaatzones van de Apennijnse bergen.

 

Na afloop mag ik nog douchen in de Botanische Tuin van Eufemia. Helaas is er geen tijd om de tuin te bezichtigen, maar we eten nog wel een pizza met een cafe Latte in Caramanico. We analyseren de routes en de avonturen van de afgelopen twee dagen. Het was een geweldige ervaring om de trails van de Wolf Mountain Run te lopen. Het is een uitdagend parcours dat nergens echt gevaarlijk of technisch wordt. De afstanden zijn goed te doen voor hardlopers die voldoende ervaring hebben om een halve marathon uit te lopen. Voor hen is dit event dé gelegenheid om trailrunning uit te proberen. Aan de organisatie en de schitterende omgeving zal het niet liggen. Hoe veel lopers zullen de 'wolf pack' volgen in september? Ik hoop veel!

 

 

Als we op het vliegveld van Pescara zijn bij het vliegtuig, kijk ik nog een laatste keer om naar de bergen in het avondrood van de ondergaande zon. Ondanks het oorverdovende geronk van de motor van de Boeing, hoor ik het zachte gehuil van de wolf en ik weet het zeker: ik ben er bij, 7, 8 en 9 september!

 

Voor meer informatie over de Wolf Mountain Run: www.wolfmountainrun.nl en over het goede doel waar je voor loopt: www.panparks.org

meer lezen 1 Berichten

Trail running is a way of life. Zwerven door de natuur, met en zonder honden, is mijn passie. Via deze website deel ik mijn liefde voor hardlopen en respect voor de natuur.